‘Ik heb het nooit mogelijk geacht dat ik nog zou deelnemen aan de maatschappij’
Binnen het inZet samenwerkingsverband is brede expertise geborgd, zodat de inwoners van Zoetermeer de ondersteuning en hulp krijgen die nodig is. Ervaringsdeskundige Jeroen vertelt openhartig over zijn persoonlijke reis naar zelfredzaamheid en hoe hij daar gekomen is door onder andere hulp van inZet en zijn eigen inzet.
‘Ik heb een genetische aanleg voor depressies en angsten. Deze aanleg in combinatie met een aantal trauma’s hebben ertoe geleidt dat ik meerdere malen in mijn leven het water aan de lippen voelde. Een behandeling volgde in verschillende vormen. Maar de medicatie leek niet zijn werk te doen en de therapie werd vaak vroegtijdig gestaakt, want mijn problematiek was ‘te complex’. Adequate behandelingen bleken er na een lange zoektocht niet te zijn, ik heb zo ongeveer elke kliniek van binnen gezien en ben overal vroegtijdig weggestuurd.
Op een gegeven moment was ik nog maar acht uur wakker op een dag, waarvan drie uur nuchter. De rest van de tijd sliep ik. Ik had deelname aan de maatschappij uitgesloten. Mijn ouders waren doodsbang om mij kwijt te raken. Ik voelde me verstoten. Ik heb geprobeerd om opleidingen te volgen, te werken, mijn eigen inkomen te verdienen, maar ik mocht om één of andere reden niet slagen.
Mijn moeder had uiteindelijk contact met een wethouder, zij vertelde over een inZet locatie, genaamd CJOE. Dat is een dagbestedingscentrum waar eenzame mensen en mensen met een psychische kwetsbaarheid verzamelen, opgevangen worden. Ik sprong vrijwel direct in de verdediging toen ik dit hoorde. Het laatste waar ik op zat te wachten was een omgeving waar we elkaar ‘lastigvallen’ met elkaars ‘sores’.
Gelukkig was de negatieve lading die ik eraan gaf onterecht. De eerste verbinding die je maakt bij zo’n opvang is een gedeeld gevoel van afzondering naar de samenleving. We voelden ons allemaal op onze eigen manier afgewezen. Als je daar dan samenkomt voelt het alsof je allemaal op een tribune zit te kijken naar de maatschappij en daar gemoedelijk collectief je middelvinger naar uitsteekt. Niet positief, maar het creëert een band. Maar CJOE bleek meer te zijn; een plek waar mensen binnen hun eigen grenzen kunnen deelnemen en elkaar ondersteunen. Een plek waar je je eigen krachten en talenten kunt herontdekken, maar ook waar je in gezelschap een kopje koffie kunt drinken.
De eerste keren moest ik beloven dat ik twee keer per week drie uurtjes bij CJOE zou komen. In het begin maakte ik wel wat contact, maar niet veel. De begeleidsters waren erg geduldig met me en ik kroop langzaam uit mijn schulp. Ik kreeg verantwoordelijkheden; boodschappen doen met de bankpas van CJOE, koken en de lunch verzorgen. De begeleiding gaf me het vertrouwen dat ik dit wel zou kunnen. Na het lunchen werd ik met oprechte dankbaarheid beloond door de bezoekers. Dat was voor mij de eerste positieve prikkel in een hele lange tijd en dit smaakte naar meer.
Ik leerde snel dat ik mezelf kon helpen als ik anderen hielp! Een belangrijke les, want als je de hoop op een deelname in de samenleving hebt opgegeven is het best een bijzondere gewaarwording dat je juist bij het helpen van andere mensen jezelf een steuntje in de rug geeft. Dit zag een ervaringsdeskundige van CJOE ook en zij liet mij met het vak ervaringsdeskundige kennismaken. Er ging een nieuwe wereld voor me open. Al de ellende die ik door de jaren heb meegemaakt zou nu ineens ergens goed voor kunnen zijn. Na zelf het één en ander aan cursussen te hebben gevolgd, mocht ik zelf ook cursussen en voorlichtingen geven. Dat was erg bijzonder en vind ik nog steeds heel waardevol om te doen.
Ik had ondertussen een breed takenpakket en als kers op de taart een vrijwilligerscontract. Een blijk van vertrouwen, een teken dat ik er nog toe doe. Op deze manier ben ik in totaal 3,5 jaar vrijwilliger geweest bij CJOE. De hoeveelheid positieve prikkels, de dankbaarheid en de steun, maar ook de gesprekken aan tafel voelden waardevol. Zo waardevol dat mijn behandeling bij GGZ Rivierduinen, waar het 20 jaar geleden allemaal begon bij de toenmalig Robert Fleury stichting, begon aan te slaan.
Mede dankzij CJOE stond ik ervoor open om met een psychologe aan de slag te gaan. Ik kreeg begeleiding van het FACTteam, dat korte lijntjes hield met mij en in contact bleef met CJOE. Ook ging ik gezonder leven en wilde verder met mijn therapie. Ik wilde beter worden en de moeite waard zijn voor mensen in mijn omgeving. Het kwam erop neer dat ik nog één keer mijn leven een kans wou geven om mee te kunnen komen met de maatschappij. Dat kon alleen als ik harder durfde te werken aan mijn herstel. En dat durfde ik met dit team van het GGZ, in combinatie met de steun van inZet locatie CJOE en mijn familie.
Uiteindelijk ben ik eind 2019 bij CJOE vertrokken. Ik merkte dat ik toe was aan een volgende stap. Nu ben ik verder dan dat ik ooit had gedacht. Ik werk nu 24 uur per week, straks 28, voor het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waar ik binnen een jaar tijd een vast contract heb verdiend. Ik durf nu te zeggen; ‘Ik ben goed bezig, ik kom er wel.’ Dat is meer dan dat ik de afgelopen tien jaar heb durven dromen. Ik ben erg dankbaar voor alle hulp en steun die ik door de afgelopen jaren heb mogen ontvangen en ik erken ook mijn eigen aandeel in mijn herstel. Ik hoop dat ik met mijn herstel ook andere mensen kan inspireren om er nog één keer de schouders onder te zetten. Dit gevoel gecombineerd met het toekomstperspectief gun ik iedereen die zich kan herkennen in mijn situatie.’